Door de nieuwbouw op het terrein is er veel positieve reuring onder cliënten en begeleiders.
Een nieuw gebouw voor vier cliënten, een nieuwe kamer voor slaapdiensten en een kantoor; nog even en het nieuwe gebouw op het terrein van Rohaan is klaar. Rob Kemper is als begeleider actief betrokken bij het proces. Rob werkt sinds 2007 bij Rohaan en houdt wel van een uitdaging. Vandaar ook zijn betrokkenheid bij de nieuwbouw: ‘Op mijn eigen verzoek ben ik actief bij de nieuwbouw betrokken. Ik houd ervan om naast mijn werk als begeleider extra taken en uitdagingen te hebben. Dat maakt mijn werk nog mooier.’ Rob weet vrijwel alles over de nieuwbouw, hoewel soms een van de toekomstige bewoners van het gebouw het beter weet: ‘Het hout komt op maandag!’ zo hoorde Rob. ‘Ikzelf wist alleen dat het ergens deze week kwam’, vertelt Rob lachend.
Rob verbindt het nieuwbouwgebeuren, de cliënten en de collega’s met elkaar. ‘Dat is de meerwaarde als een begeleider zo betrokken is bij zo’n project. Je kunt meteen inspelen op wat er gebeurt. Zo zijn de stenen in het gebouw nogal nat geweest en had dit tijd nodig om te drogen. Dit hoor je dan van de bouwvakkers en kun je zelf vervolgens uitleggen aan cliënten en collega’s. Hiermee ondervang je spanning of onrust, waardoor er vooral positieve reacties zijn.’ De nieuwbouw brengt de cliënten, mede door de nabije begeleiding van Rob, nauwelijks onrust. Het brengt juist sociale interacties, ziet Rob: ‘De bouwvakkers en cliënten leren elkaar kennen en zoeken elkaar regelmatig op voor een praatje, soms met een lekker bakkie koffie erbij. Cliënten reageren vooral enthousiast op de reuring.’
Er zijn vier woonplekken, waarvan twee voor eventuele stellen. Die cliënten die er gaan wonen kijken er erg naar uit dat het af is. Rob: ‘Het wordt steeds concreter. De ruimtes worden meer zichtbaar. Zo hielp het toen de tegels gelegd waren, het hout op de buitenmuur kwam etc. Als het tijd is voor de verhuizing, zal er wel wat meer spanning zijn. Natuurlijk helpen we dan de cliënten. Het feit dat we het hebben gedaan zoals we het hebben gedaan, heeft zoveel voorkomen dat er geen volle emmers met spanning zijn, dus daar komen we samen wel doorheen.’